Scenario's voor nieuw voetbalstadion

   De stad biedt Beerschot AC en RAFC drie mogelijke scenario's voor één nieuw voetbalstadion voor beide clubs. Ofwel investeren beide clubs en exploiteren ze samen het stadion. Ofwel investeert geen van beide clubs in de site, realiseert de stad het stadion al dan niet in samenwerking met de private sector en worden de clubs gebruiker van het stadion.

In de zomer van 2010 zaten Beerschot AC en RAFC voor het eerst samen met de stad aan tafel over één nieuw stadion voor twee clubs. Er werd gestart met intensieve onderhandelingen tussen de stad en de clubs in een beleidsgroep (met voorzitters van de twee clubs, burgemeester Patrick Janssens, schepen Ludo Van Campenhout, schepen Philip Heylen en Vlaams minister Philippe Muyters) en met werkgroepen. Tijdens de onderhandelingen lieten de clubs toen verstaan niet te kunnen investeren in het project.

Met de bestuurswissel binnen Beerschot AC, kwam er ook een nieuwe visie binnen de club over het voetbalstadion. Beerschot AC zei wel mee te willen investeren in het project. RAFC reageerde en stelde dat de club in dit geval ook wil investeren. De stad luisterde naar de investeringsvoorstellen van de clubs, maar deze bleken in eerste instantie niet verenigbaar.

Vandaag legt de stad drie scenario’s voor aan de clubs om uit de impasse te geraken. Uitgangspunt is dat de 50 miljoen euro bijdrage van de stad en het Gemeentelijk Havenbedrijf de beide clubs evenveel ten goede komt:

Scenario 1

De clubs komen overeen om samen te investeren in het stadion en het flankerende commerciële programma. Ze exploiteren samen het stadion op niet-wedstrijddagen en genieten van de opbrengsten van het flankerende commerciële programma a rato van hun investering.

Scenario 2

Geen van de clubs investeert in de site. De stad zoekt private partners om het stadion en het flankerende programma te bouwen en te exploiteren. De clubs worden gebruikers van het stadion. Zij genieten van alle inkomsten op de wedstrijddagen en betalen een zo laag mogelijke vergoeding voor recurrente kosten zoals schoonmaak, nutsvoorzieningen,…

Scenario 3

Geen van de clubs investeert in de site. De stad bouwt zelf het stadion en doet eventueel een oproep voor een concessionaris voor het flankerende programma. De clubs worden ook hier gebruikers van het stadion waarbij ze genieten van alle inkomsten op de wedstrijddagen en waarbij ze een zo laag mogelijke vergoeding betalen voor de recurrente kosten.

De stad gelooft dat de drie voorstellen een aanzienlijke sportieve en budgettaire groei voor beide clubs toelaten:

In alle voorstellen genieten beide clubs van alle inkomsten op de wedstrijddagen: ticketing, vipvoorzieningen, catering, sponsoring. Een nieuw stadion met verhoogde capaciteit, met veel betere voorzieningen voor toeschouwers en vips, met  aantrekkelijke voorzieningen voor sponsoring, catering, … brengt vanzelf een budgettaire groei voor de clubs met zich mee.

In geen enkel voorstel brengt het nieuwe stadion een zware leninglast met zich mee voor de clubs gezien het stadion voor 50 miljoen euro gefinancierd wordt door de stad en het Gemeentelijk Havenbedrijf. Tegenover de verhoogde inkomsten staan met andere woorden geen substantieel verhoogde uitgaven naar aanleiding van de bouw van het stadion.

In het eerste voorstel krijgen de clubs de mogelijkheid om naast sportieve opbrengsten ook commerciële opbrengsten te genereren (uit niet-sportieve exploitatie van het stadion en uit het flankerende programma). Tegenover deze potentiële commerciële opbrengsten staan uiteraard uitgaven en risico’s (bv. investering in bouw flankerend programma, exploitatiekosten voor verhuur stadion tijdens de week, risico op leegstand flankerend programma, …) die de clubs in deze optie voor zich nemen zoals dit gebruikelijk is in de vastgoedsector.

In het tweede en derde voorstel is er voor de clubs geen mogelijkheid tot inkomsten uit commerciële exploitatie van het stadiongebouw of flankerend programma. Hiertegenover staat dat er van de clubs ook geen investeringen worden verwacht en geen uitgaven in het kader van de commerciële exploitatie. 




meer over:

Deals

Volg ons op Facebook