Henry van de Velde-instituut studenten geven campusmodel Stedelijk Onderwijs mee vorm

  

De stad doet een beroep op de kennis van de studenten van het Henry van de Velde-instituut om de onderwijscampusmodellen 2008-2011 voor het Stedelijk Onderwijs te onderzoeken aan de hand van casestudies en een totaalonderzoek. Dankzij deze samenwerking krijgt de stad een duidelijk beeld op de praktische en architecturale mogelijkheden van de campussen in de casestudies en een wetenschappelijk onderbouwde visie op het campusmodel.

Vanaf maart 2008 start de onderzoeksgroep architectuur en stedelijkheid van het Hoger Instituut voor Architectuurwetenschappen Henry van de Velde met een studie rond onderwijscampussen. Deze studie omvat een algemeen doctoraalonderzoek en de oprichting van een onderzoeksgroep met studenten.

In de periode maart - juni 2008 werkt de onderzoeksgroep rond vier casestudies: campus Spoor Noord, topsportcampus Drie Eiken in Wilrijk, kunstencampus Eilandje en campus Balletschool. De studenten zullen onderzoek verrichten en voorstellen formuleren rond deze vier concrete dossiers. Lerende stad, verantwoordelijk voor het Stedelijk Onderwijs in Antwerpen, werft in het kader van dit programma een extra medewerker aan die de bevindingen zal verzamelen en vertalen in een rapport met concrete actiepunten en doelstellingen. Zo krijgt de stad een duidelijk beeld op de praktische en architecturale mogelijkheden van deze campussen.

Parallel met de casestudies start ook een doctoraalonderzoek rond onderwijscampussen dat het onlangs goedgekeurde campusmodel voor het Stedelijk Onderwijs in Antwerpen ontleedt vanuit architecturaal, stedenbouwkundig, historisch, sociologisch en onderwijstechnisch opzicht. Ten slotte wordt ook het onderzoekstraject voor de volgende academiejaren uitgestippeld.

Het campusmodel werd in december 2007 goedgekeurd door de gemeenteraad en wordt voor alle scholen van het Stedelijk Onderwijs de norm. Een campus kan een gebouwencomplex zijn waar verschillende partners hun diensten op eenzelfde locatie aanbieden. Het kan ook een virtuele campus zijn waarbij partners die zich op korte afstand van elkaar bevinden, zich samen organiseren. De samenwerking moet leiden tot rationeel energiebeheer en een efficiënter gebruik van infrastructuur, mensen en middelen.

Het masterplan voor het Stedelijk Onderwijs stelt dat alle scholen gehuisvest worden in geschikte gebouwen met een moderne en veilige infrastructuur, aangepast aan de moderne pedagogiek. Dat houdt in dat de stad moderne financieringstechnieken hanteert en kiest voor een campusmodel. Elke school moet m.a.w. streven naar een verregaande samenwerking met verschillende partners.




Deals

Volg ons op Facebook