Grafmonument in bruikleen nemen wordt makkelijker

  
Antwerpenaars die een grafmonument op een stedelijke begraafplaats in bruikleen willen nemen, kunnen dat vanaf volgend jaar makkelijker regelen. Het college besliste vandaag om de procedure voor bruikleen en peterschap van grafmonumenten te vereenvoudigen met het oog op meer klantvriendelijkheid en een mooie toekomst voor het funerair erfgoed op de Antwerpse begraafplaatsen. De administratieve vereenvoudiging kadert binnen het stedelijk begraafplaatsenbeleid rond naburgering, dat mensen aanmoedigt om op tijd na te denken over hun eigen laatste rustplaats.

Sinds 2009 kunnen Antwerpenaars een grafmonument in bruikleen nemen. Concreet wil dat zeggen dat ze een historische grafzerk uitkiezen om een dierbare of zichzelf in te laten begraven. Er zijn zo’n 5 000 monumenten, vaak architecturale pareltjes, beschikbaar. De stad werd er eigenaar van nadat de oorspronkelijke concessie afliep of beëindigd werd en moedigt bruikleen aan omdat de burger zo de kans krijgt om een uniek grafmonument te gebruiken. Tegelijkertijd krijgt het Antwerps funerair erfgoed een nieuwe toekomst doordat de bruikleennemer het grafmonument onderhoudt en eventueel restaureert.

Tot nog toe werden enkele tientallen monumenten in bruikleen genomen. Het doel is om dat aantal te laten stijgen met onder andere een eenvoudigere procedure. Twee aspecten zijn in dat verband belangrijk.

De aanvraag voor een bruikleen wordt losgekoppeld van de grafconcessieaanvraag.

Wie een bruikleen aanging, moest tot nog toe verplicht op hetzelfde moment een grafconcessie aankopen. Hij betaalde dus de eenmalige kost voor de bruikleen (1 000, 2 000 of 3 000 euro, afhankelijk van de breedte van het monument) en dan nog eens 500 euro per persoon voor een grafconcessie van 25 jaar die meteen begon te lopen. Het resultaat was dat mensen die voor zichzelf een grafmonument in bruikleen wilden nemen, er niet mee doorgingen omdat ze 500 euro zouden betalen voor een concessie waarvan ze nog geen gebruikmaakten. 
In het nieuwe systeem wordt de koppeling tussen bruikleen en grafconcessie geschrapt. Geïnteresseerden betalen dus in eerste instantie enkel het eenmalige bedrag voor de bruikleen met een geldigheidsduur van 25 jaar. Ze krijgen op dat moment de mogelijkheid om hun monument volledig in orde te maken. Pas later als er effectief iemand overlijdt, moet hij of een nabestaande  een concessie aankopen die begint te lopen vanaf de begrafenis. De concessietermijn en de termijn van de bruikleen worden op dat moment gelijkgeschakeld zodat de einddatum van beide overeenkomsten dezelfde is. 

Dit nieuwe systeem past volledig binnen de beleidsvisie van de stad rond naburgering. Mensen kunnen tijdens hun leven zelf hun laatste rustplaats uitkiezen en alles administratief in orde maken zodat nabestaanden bij hun overlijden geen moeilijke keuzes met verstrekkende gevolgen meer hoeven te maken.

Het aantal adviesorganen bij het afsluiten van een bruikleenovereenkomst vermindert.

Op dit moment moeten drie verschillende adviesorganen (herbestemmingscommissie, commissie van experten en cel funerair erfgoed) bij een bruikleenaanvraag geraadpleegd worden om na te kijken of die aanvraag kan worden goedgekeurd. Ze bekijken onder andere de technische staat van het monument en schatten de historische erfgoedwaarde in. Uit praktijkervaring blijkt echter dat deze adviezen elkaar vaak overlappen. Dat zorgt voor een zwaardere procedure die de doorlooptijd voor de klant langer maakt. Het college besliste daarom om voortaan enkel de funeraire cel nog advies te laten geven over een bruikleenaanvraag. Alleen in uitzonderlijke gevallen zullen de andere adviesorganen nog betrokken worden. 

Dit principe zal ook van kracht worden bij het toekennen van een peterschap voor een grafmonument. Een peterschap is een gratis overeenkomst waarbij een burger beslist om enkel in te staan voor het onderhoud van een grafmonument, zonder dat er iemand in begraven mag worden.

Deze beslissing van het college die in december aan de gemeenteraad wordt voorgelegd, vloeit voort uit de eerder goedgekeurde beleidsnota rond begraafplaatsenbeleid. Een verhoging van de klantvriendelijkheid, minder administratieve rompslomp en een maximum aan ondersteuning van de nabestaanden worden hiermee gerealiseerd. De vereenvoudigde procedure treedt in werking vanaf 1 januari 2015.



Deals

Volg ons op Facebook